Schooluniform is ook iets voor Nederland
Het schooluniform heeft veel voordelen. Voer het ook hier in, stelt Heleen Crul.
‘Schooluniform? On-Nederlands. Daar zijn we hier te individualistisch voor. Kinderen moeten een vrije kledingkeuze hebben, zo’n uniform ziet er ook niet uit.” „Ik zou er onmiddellijk voor zijn, al was het alleen maar om van dat gezeur en eindeloze discussies over merkkleding af te zijn.” Dit zijn twee reacties van moeders – de één met een zoon van vijftien, de ander met een dochter van dertien. Het onderwerp ‘schooluniform’ is opeens weer actueel.
Vanaf deze week is het schooluniform verplicht gesteld voor scholieren op de particuliere basisschool Bizzie Kids Basic in Almere. Tot nu toe was The British School in Den Haag de enige die een schooluniform voorschreef. Dit wekt geen verbazing. Het Verenigd Koninkrijk heeft een lange traditie van schooluniformen. Bijna alle Britse scholen eisen ook nu nog dat leerlingen een uniform dragen, hoewel het hoger onderijs – voor zestienplussers – tegenwoordig meer kledingvrijheid geeft. Het schooluniform in Engeland, Ierland en Schotland bepaalt niet alleen wat ’s zomers en ’s winters van top tot teen moet worden gedragen tijdens de lessen, maar kent ook uniforme kledingregels voor gym-, zwem- en buitenkleding. Sportschoenen zijn ‘soms toegestaan in de zomer’.
Ook in een aantal Aziatische landen heerst de uniformplicht, evenals op de Antillen. Andere werelddelen of landen kennen het verschijnsel eveneens, bijvoorbeeld de Verenigde Staten, Australië, Canada en Israël, maar dan doorgaans op particuliere scholen of scholen met een religieuze oriëntatie. In Italië eisen scholen voor kinderen tussen de vier en de twaalf jaar uniformen die te koop zijn in warenhuizen. Ditzelfde geldt voor Frankrijk, hoewel lang niet alle scholen er uniformen voorschrijven.
Wat is de meerwaarde van het schooluniform? „We hebben ertoe besloten om meer eenheid in de groep te krijgen”, is het voornaamste argument van de directeur (v) van basisschool Bizzie Kids Basic. Eenheid in de groep door een uniform zou van een stel individuele leerlingen meer een collectief maken en heeft, is de algemene opvatting, een positieve invloed op de organisatie van de school als zodanig.
Een verplicht uniform maakt ook de tegenstelling tussen rijke en arme leerlingen kleiner. Dit is van oudsher een belangrijke reden geweest voor scholen in armere landen om het uniform verplicht te stellen. Met een uniform blijven leerlingen weliswaar verschillen in persoonlijkheid, maar de sociale verschillen worden minder zichtbaar.
Een verplicht schooluniform heeft in deze tijd als extra voordeel dat het ouders helpt nee te zeggen tegen hun veeleisende pubers en tegen hun doorgans extreme gevoeligheid voor groepsdwang wat betreft kleding. Als die ouders weigeren daarin mee te gaan, leidt dit vaak tot dramatische scènes. Zoon- of dochterlief benadrukt bij voortduring het argument „maar iedereen heeft het!” Als ouder is het dan buigen of barsten. Dit is een afweging die elke keer weer moet worden gemaakt en die veel emoties veroorzaakt.
Het kleedgedrag van hun dochter of zoon kent bovendien een verbijsterend patroon. Niets wordt een tweede keer gedragen. Alles moet na één keer dragen worden gewassen. Als je ’s morgens op hun kamer komt, zijn ze al druk aan het passen wat ze die dag moeten dragen. De niet-uitgekozen kleding laten ze in een hoop op de vloer of op het bed liggen, is de algehele klacht.
„Een uniform? Maar dat dragen ze toch al? Ze lopen er allemaal hetzelfde bij”, zegt een vader van een zestienjarige zoon. De peer group is een bijna totalitair systeem, is zijn ervaring. In dit geval houdt het in dat de leden ervan weigeren poloshirts, overhemden en een normale jeans te dragen. T-shirts zijn favoriet. Broeken en jacks moeten slobberen, gerafeld zijn, een onbestemde kleur hebben – er kortom zo shabby mogelijk uitzien. Dan is het pas echt cool. Dat geldt ook voor de plompe, leren laarzen die zijn zoon daarbij draagt. Niettemin maakt deze dracht deel uit van dure merkkleding. Ook meisjes ogen grotendeels hetzelfde. Ze hebben lang haar, veelal geblondeerd, leggings met een rokje tot net over de dijen, jurkjes met decolleté, veel make-up. „Alleen al als tegenwicht tegen die seksualisering van meisjes ben ik voor een schooluniform”, zegt een moeder van een dochter van 14.
Een uniform maakt ook een einde aan extravagante of dure kleding waarmee andere klasgenoten de ogen worden uitgestoken, of zelfs worden gepest, als ze die niet willen of om financiële redenen niet kunnen dragen.
Voor een uniform geldt: ‘Alles wat niet is toegestaan, is verboden.’ Een dresscode is toleranter: ‘Alles wat niet verboden is, is toegestaan.’ Strikte kledingvoorschriften, zoals gebruikelijk bij scholen in de VS, vormen wellicht een praktische middenweg. Veel Europese privéscholen hanteren ook zo’n code. Die richt zich vooral op het vermijden van te extravagante, onzedelijke of beledigende kleding. Ook sommige Nederlandse scholen bezigden deze voorschriften ten einde raad, in de tijd van het zogeheten ‘naveltruitje’. Dit truitje, dat de meisjesbuik bloot liet tot bijna aan de venusheuvel, zou jongens te weinig bij de les houden – en leraren wellicht evenmin.
Een uniform kan dit effect overigens – onbedoeld – net zo goed hebben. Onlangs werden de rokken van het meisjesuniform op sommige Engelse scholen korter gemaakt. Na een felle discussie werd deze maatregel weer afgeschaft. Net boven de knie schoof het rokje bij het zitten in de schoolbanken hogerop. Nu reikt het weer tot onder de knie.
Dit soort problemen komt bij schooluniformen evenwel zelden voor. Daarom is het onbegrijpelijk dat niet meer scholen een schooluniform verplicht stellen. Ouders kunnen dan kiezen. Dan zal wel blijken of het schooluniform past in dit individualistische land.
Heleen Crul is publicist.